Jaarrekening

Overzicht van baten en lasten

Terug naar navigatie - baten en lasten 2019

 

 

(bedragen x € 1.000) Raming 2019 voor wijziging Raming 2019 na wijziging Realisatie 2019
Baten Lasten Saldo Baten Lasten Saldo Baten Lasten Saldo
Programma’s
1. Opgroeien in Epe 314 12.064 -11.751 313 12.071 -11.757 444 11.752 -11.308
2. Actief in Epe 503 4.438 -3.935 498 4.123 -3.625 611 4.050 -3.439
3. Zorg en opvang 279 10.158 -9.879 278 10.318 -10.040 1.180 10.726 -9.546
4. Leefbaar en veilig 4 2.043 -2.038 4 2.044 -2.040 - 2.151 -2.151
5. Ruimte en wonen 3.256 4.310 -1.054 3.200 3.989 -789 2.861 3.582 -721
6. Epe op orde 1.167 6.857 -5.690 1.166 6.831 -5.665 1.117 5.596 -4.479
7. Duurzaamheid 6.481 6.630 -149 6.481 6.432 49 6.275 6.650 -376
8. Toezicht en handhaving 106 1.232 -1.126 106 1.277 -1.171 73 1.406 -1.333
9. Bedrijvigheid 8 663 -655 8 778 -770 88 812 -724
10. Weer aan het werk 7.236 15.833 -8.597 7.235 15.618 -8.383 6.780 14.991 -8.211
11. Bestuur en organisatie 404 3.010 -2.606 404 3.139 -2.735 429 3.968 -3.539
Saldo v.d. programma’s 19.757 67.234 -47.477 19.695 66.620 -46.925 19.858 65.684 -45.827
Algemene dekkingsmiddelen:
- Lokale heffingen 9.146 393 8.753 9.146 430 8.716 8.819 449 8.370
- Algemene uitkering 46.150 - 46.150 46.497 - 46.497 47.658 - 47.658
- Dividend 135 6 129 135 6 129 255 6 249
- Financieringsfunctie 1.619 -126 1.745 1.619 -126 1.745 1.853 111 1.742
- Overige - 105 -105 - 103 -103 6 35 -29
Subtotaal algemene dekkingsmiddelen 57.051 378 56.673 57.397 413 56.984 58.592 601 57.990
Overhead - 9.689 -9.689 - 10.100 -10.100 - 9.380 -9.380
Heffing Vennootschapsbel. - - - - - - - - -
Onvoorziene uitgaven - - - - - - - - -
Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten 76.808 77.301 -493 77.092 77.132 -41 78.450 75.666 2.783
Mutaties in reserves
1. Opgroeien in Epe 12 472 -460 12 472 -460 33 472 -439
2. Actief in Epe - 302 -302 - 302 -302 70 306 -236
3. Zorg en opvang 558 95 463 558 95 463 420 2.026 -1.606
4. Leefbaar en veilig 20 - 20 20 - 20 20 - 20
5. Ruimte en wonen 1.730 498 1.232 1.788 498 1.290 1.875 451 1.424
6. Epe op orde 745 384 361 1.206 384 822 398 1.136 -738
7. Duurzaamheid 293 16 277 293 16 277 534 48 485
8. Toezicht en handhaving - - - - - - - - -
9. Bedrijvigheid - - - - - - - - -
10. Weer aan het werk 2.887 233 2.654 2.891 233 2.658 2.862 675 2.187
11. Bestuur en organisatie 5.605 7.085 -1.481 9.612 12.242 -2.629 6.491 12.062 -5.571
Algemene dekkingsmidd. 463 2.658 -2.196 463 2.658 -2.196 3.052 372 2.680
Overhead 823 890 -66 1.098 1.000 99 950 1.573 -623
Totaal mutaties in reserves 13.134 12.633 501 17.941 17.900 41 16.705 19.121 -2.417
Gerealiseerd resultaat 89.943 89.935 8 95.033 95.032 - 95.155 94.787 367

Toelichting op de baten en lasten

Begrotingsrechtmatigheid

Terug naar navigatie - Begrotingsrechtmatigheid

Bij de rechtmatigheidscontrole vormt het begrotingscriterium een belangrijk toetsingscriterium. Uitgangspunt is dat begrotingsoverschrijdingen onrechtmatig zijn. Er zijn echter situaties waarbij overschrijdingen binnen het door de raad uitgezette beleid vallen en binnen het doel blijven waarvoor het budget beschikbaar is gesteld. Hierbij kan gedacht worden aan overschrijdingen die geheel of grotendeels worden gecompenseerd door direct daaraan gerelateerde opbrengsten (bijvoorbeeld via subsidies en kostendekkende omzet) en overschrijdingen bij open einde (subsidie)regelingen. In deze gevallen hebben de overschrijdingen geen effect op het oordeel over de rechtmatigheid. Zie hiervoor de Kadernota Rechtmatigheid 2018 van de Commissie BBV.

In onderstaand overzicht zijn de programma's opgenomen waarbij sprake is van een overschrijding van de lasten, met daarbij een verklaring in hoeverre de afwijking past binnen het door de raad geformuleerde beleid. Voor een nadere uitwerking van de verschillen wordt verwezen naar de financiële analyse van de programma’s. De raad autoriseert deze kostenoverschrijdingen met het vaststellen van de jaarrekening.

 

Programma Begrotingsafwijking lasten Verklaring voor verschil Conclusie
Begroot Werkelijk Verschil
3. Zorg en opvang 10.318 10.726 - 408 De hogere lasten zijn in hoofdzaak veroorzaakt door een toename van het aantal cliënten met individuele begeleiding (Wmo) en door prijsstijging bij de maatwerkvoorzieningen (in 2019 opnieuw ingekocht). Past binnen het beleid, geen effect op oordeel over rechtmatigheid.
4. Leefbaar en veilig 2.044 2.150 - 106 De hogere lasten zijn veroorzaakt door de hogere bijdrage die voor 2019 moest worden betaald aan de veiligheidsregio (VNOG). Past binnen het beleid, geen effect op oordeel over rechtmatigheid.
7. Duurzaamheid 6.432 6.650 - 218 De hogere lasten zijn veroorzaakt door dat de werkelijke kosten van inzameling en verwerking van afval in 2019 hoger waren dan de begroting. De hogere kosten worden voor een groot deel opgevangen door een onttrekking aan de reserve afval. Daarnaast zijn kosten gemaakt voor een participatietraject ten behoeve van het nieuw op te stellen grondstoffenplan. Past binnen het beleid, geen effect op oordeel over rechtmatigheid.
8. Toezicht en handhaving 1.277 1.406 - 129 De hogere lasten zijn deels veroorzaakt door de hogere toerekening van interne loonkosten, welke worden gedekt door voordelen op andere programma’s. Voor een analyse van de loonkosten wordt verwezen naar bijlage 1. Daarnaast zijn personele kosten op dit programma verantwoord, waarvan het budget is opgenomen onder programma 5. Past binnen het beleid, geen effect op oordeel over rechtmatigheid.
9. Bedrijvigheid 778 813 - 35 De hogere lasten zijn veroorzaakt doordat uitgaven zijn gedaan voor het project Kweekweg energieneutraal. Deze uitgaven worden gedekt uit een subsidie hiervoor. Dekking door subsidie, geen effect op oordeel over rechtmatigheid.
11. Bestuur en organisatie 3.139 3.968 - 829 De hogere lasten worden veroorzaakt doordat een extra toevoeging nodig is aan de voorziening voor pensioenen van politieke ambtsdragers. Dit is het gevolg van een verlaging van de voorgeschreven rekenrente voor de berekening van de noodzakelijke hoogte van de voorziening. Wettelijke verplichting, past binnen het beleid, geen effect op oordeel over rechtmatigheid.
Algemene dekkingsmiddelen 413 601 - 188 De hogere lasten zijn veroorzaakt door het resultaat op de rentelasten; per saldo zijn minder rentelasten dan begroot toegerekend aan de programma’s. Op de programma’s ontstaat hierdoor een voordeel. Verwezen wordt naar bijlage 2 (totaalanalyse rente en afschrijving). Past binnen het beleid, geen effect op oordeel over rechtmatigheid.
Resultaat bestemming 17.900 19.121 - 1.221 De hogere ‘lasten’ zijn veroorzaakt doordat het saldo van de toevoegingen aan reserves resulteert in meer toevoegingen aan reserves dan begroot. De grootste afwijkingen betreffen aan de ene kant de toevoegingen van het voordelig resultaat op het sociaal domein en het groot onderhoud wegen aan de desbetreffende reserves. Aan de andere kant de niet uitgevoerde toevoeging aan de reserve precariobelasting. Past binnen het beleid, geen effect op oordeel over rechtmatigheid.
Investeringen Hogere uitgaven dan begroot Op twee in 2019 afgesloten investeringskredieten is een overschrijding op de uitgaven ontstaan. Een toelichting hierop is opgenomen in bijlage 2 van deze jaarstukken. Past binnen het beleid, geen effect op oordeel over rechtmatigheid

 

Financiële analyses per programma

1 | Opgroeien in Epe

Terug naar navigatie - Analyse

 

 

Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 12.064 12.071 11.752
Baten 314 313 444
Saldo -11.750 -11.758 -11.308
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· De begroting van de zorg in natura (ZIN) en de landelijke/ bovenregionale ingekochte zorg is gerelateerd aan de werkelijke uitgaven in 2017. De bestedingen zijn gebaseerd op de gedeclareerde zorg en een inschatting op basis van productieverantwoordingen van zorgaanbieders van de door hen in 2019 geleverde zorg. Dit leidt tot een nadeel. We zien dat er een verschuiving van zorg plaatsvindt. Aan de ene kant wordt er minder residentiële zorg (ver weg) ingezet en meer zorg in kleinschalige gezinshuizen/pleeghuizen of begeleiding dichter bij huis. Ook zien we dat er minder is ingezet in zware zorgvormen en meer in lichtere zorgvormen, ondanks dat de ondersteuningsvragen complexer zijn geworden. 107
· De kosten in het kader van de persoonsgebonden budgetten (PGB's) zijn gebaseerd op de uitgaven via de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Dit levert een voordeel op. Definitieve afrekening op basis van de werkelijke uitgaven van de SVB vindt naar verwachting begin 2019 plaats. -28
Alle hierboven genoemde onderdelen worden verrekend met de reserve risico sociaal domein en hebben geen invloed op het resultaat.Voor het totaalbeeld van de gedecentraliseerde taken Wmo en jeugdzorg wordt verwezen naar de paragraaf sociaal domein.
Overige voor- en nadelen:
· De lasten voor onderwijsachterstandenbeleid (OAB) die bekostigd worden vanuit de algemene middelen zijn door de extra middelen vanuit het Rijk niet ingezet. Zie ook de baten. 111
· Het Centrum van Jeugd en Gezin (CJG) heeft afgelopen jaar minder subsidie ontvangen dan dat zij hadden aangevraagd. De opgebouwde reserve van het CJG was dusdanig groot dat zij hieruit een deel van de werkzaamheden hebben gefinancierd. 48
· Een deel van het budget voor gebiedsgericht werken hoeft niet meer ingezet te worden hiervoor. 43
· De kosten voor leerlingenvervoer vallen hoger uit door een toename in het vervoervolume en hogere vervoerskosten. -243
· De directe personele kosten van de afdelingen Ruimte en Samenleving toegerekend aan de programma’s. Ten opzichte van de begroting is er een voordeel ontstaan. Het grootste onderdeel hiervan zijn de salariskosten. Een totaalanalyse van de salariskosten is opgenomen in bijlage 1. 148
· Voordeel kapitaallasten: verwezen wordt naar bijlage 2 voor een totaalanalyse van de kapitaallasten. 305
Baten:
· Door het Rijk is een hogere bijdrage voor de planperiode 2019-2020 verstrekt dan waar in de begroting rekening mee is gehouden. 117

2 | Actief in Epe

Terug naar navigatie - Analyse
Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 4.438 4.123 4.050
Baten 503 498 611
Saldo -3.935 -3.625 -3.439
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· De subsidie aan de bibliotheek over 2017 is in 2018 lager vastgesteld. Het bedrag is verrekend in de uit te betalen subsidie voor 2019. 29
· Uit het oogpunt van onze zorgplicht en de veiligheid rondom sportaccommodaties is in beeld gebracht wat de staat van het onderhoud van de bomen in beeld gebracht. Bij deze keuring geconstateerde nood kap (accuut onderhoud) en de kosten voor deze keuring zijn éénmalig voor rekening van de gemeente. Het toekomstig onderhoud is de verantwoordelijkheid van de sportverenigingen. -32
· De bijdrage aan TC de Kouwenaar en Stichting Hippisch Centrum Vaassen voor het vervangen van de velden en de rijvloer zorgt voor een nadeel in de lasten. Deze lasten worden gedekt vanuit reserve 95018 renovatie kunst- en natuurgrasvelden. -60
Baten:
· In 2019 ontstaat een voordeel door vrijval vanuit voorziening 96115 Onderhoud wijkgebouwen op basis van het aangepaste MJOP 2019. 70

3 | Zorg en Opvang

Terug naar navigatie - Analyse

 

 

Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 10.158 10.318 10.726
Baten 279 278 1.180
Saldo -9.879 -10.040 -9.546
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· Eind 2018 zijn afspraken gemaakt in de regio Oost-Veluwe (gemeenten Apeldoorn, Brummen, Epe, Heerde en Voorst) om de 2% en 3% bijdragen voor de uitvoering van de maatschappelijke opvang en beschermd wonen, die vanaf 2015 aan Apeldoorn werden overgemaakt, niet meer over te maken. Dit komt omdat er in 2015 t/m 2018 minder uitgaven waren voor Beschermd Wonen. De 2% en 3% bijdragen van 202.000 waren wel begroot. Zie ook de analyse bij de baten. Het deel van het overschot voor de gemeente Epe over de periode 2015 t/m 2018 , is terug te vinden bij de baten 157
· In 2019 verliep het dagbestedingsvervoer via PlusOV. In 2019 is er een nieuwe aanbesteding geweest wat heeft geleid tot een hogere prijs. -40
· In 2019 is een stijging van het aantal cliënten met individuele begeleiding vanuit de Wmo te zien. Daarnaast zijn de maatwerkvoorzieningen voor 2019 opnieuw ingekocht. Dit zorgde voor een prijsstijging bij sommige maatwerkvoorzieningen van bijna 30%. -543
· Zowel het budget voor de pgb’s voor hulpmiddelen, woningaanpassingen en huishoudelijke hulp (materieel) als het budget voor de pgb’s voor Wmo begeleiding (immaterieel) is overschreden. De overschrijding van de kosten voor de pgb’s materieel heeft te maken met één dure woningaanpassing. De overschrijding van de kosten voor de pgb’s immaterieel komt door de verhoogde tarief voor individuele begeleiding. -75
· De pilot Buurtpunt is in Epe en Vaassen sinds 1 december 2018 ingericht als algemene voorziening. De locaties worden gefinancierd met een subsidie en hiermee worden minder (lichte) beschikkingen afgegeven. Mede hierdoor is het aantal inwoners dat een beschikking voor dagbesteding heeft, gedaalt. Daarnaast is de subsidie voor deze pilot (€ 200.000) voor boekjaar 2019 betaald uit de Transformatiemiddelen. 349
· In 2019 is het abonnementstarief ingevoerd. De invoering van dit tarief heeft een aanzuigende werking op de huishoudelijke ondersteuning. De extra ontvangen middelen voor de aanzuigende werking zijn toegevoegd aan het budget voor de huishoudelijke ondersteuning. Het effect is lager uitgevallen dan verwacht wat een voordeel oplevert. 136
Alle hierboven genoemde onderdelen worden verrekend met de reserve risico sociaal domein en hebben geen invloed op het resultaat.Voor het totaalbeeld van de gedecentraliseerde taken Wmo en jeugdzorg wordt verwezen naar de paragraaf sociaal domein.
Overige voor- en nadelen:
· In 2018 zijn er regionaal nieuwe overeenkomsten afgesloten met leveranciers voor het verstrekken en onderhouden van Wmo-hulpmiddelen. De overeenkomsten zijn gebaseerd op het hanteren van reële tarieven. Hiermee kunnen leveranciers voldoende kwaliteit van zorg leveren. Daarnaast is de vraag naar hulpmiddelen toegenomen wegens het groeiende aantal ouderen en de inzet om mensen zo lang mogelijk zelfstandig thuis te laten wonen. -195
· Door het wegvallen van een aantal werkzaamheden en het samenwerken van de regio jeugd en Wmo zijn de lasten lager uitgevallen dan begroot. 59
· Vanaf augustus 2017 verloopt het Collectief vraagafhankelijk vervoer (Regiotaxi) via PlusOV. In 2019 is een aanbesteding geweest wat heeft geresulteerd in een hoger tarief. -44
· De directe personele kosten van de afdelingen Ruimte en Samenleving toegerekend aan de programma’s. Ten opzichte van de begroting is er een nadeel ontstaan. Het grootste onderdeel hiervan zijn de salariskosten. Een totaalanalyse van de salariskosten is opgenomen in bijlage 1. -104
Baten:
· Binnen het vraagafhankelijk vervoer wordt de eigen bijdrage die ontvangen wordt over deze vervoersstroom uitbetaald aan de betreffende gemeente. Dit leit tot een voordeel. 83
· Bij de begroting is een inschatting gemaakt van de te ontvangen eigen bijdrage binnen de Wmo. Met de invoering van het nieuwe abonnementstarief, is de bijdrage gecorrigeerd met de eigen bijdrage die minder ontvangen zouden worden (opgave Rijk). 47
· Gemeente Apeldoorn voert als centrumgemeente het beleid Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen uit. Hiervoor krijgen zij geld vanuit het Rijk. In 2018 zijn er minder uitgaven voor Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen. Met de betreffende gemeente is afgesproken dat de overgebleven middelen herverdeeld worden. 760

4 | Leefbaar en Veilig

Terug naar navigatie - Analyse

 

 

Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 2.043 2.044 2.151
Baten 4 4 0
Saldo -2.039 -2.040 -2.151
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· De financiële situatie bij de Veiligheidsregio Noord- en Oost Gelderland (VNOG) heeft er toe geleid dat de begroting van de regio aanzienlijk moest worden bijgesteld. Hierdoor is de bijdrage van de deelnemende gemeenten structureel verhoogd. De aanvullende bijdrage van Epe bedraagt in 2019 € 166.000. In de voortgangsrapportages en in afzonderlijke bijeenkomsten is de raad in 2019 over de achtergronden hiervan geïnformeerd. -166
· Op basis van een actuele uitvraag zijn de directe personele kosten van de afdelingen Ruimte en Samenleving toegerekend aan de programma’s. Ten opzichte van de begroting is hierdoor een voordeel ontstaan. Het grootste onderdeel hiervan zijn de salariskosten. Een totaalanalyse van de salariskosten is opgenomen in bijlage 1. 33

5 | Ruimte en Wonen

Terug naar navigatie - Analyse

 

 

Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 4.310 3.989 3.582
Baten 3.256 3.200 2.861
Saldo -1.054 -789 -721
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· De directe personele kosten van de afdelingen Ruimte en Samenleving toegerekend aan de programma’s. Ten opzichte van de begroting is er een voordeel ontstaan. Het grootste onderdeel hiervan zijn de salariskosten. Een totaalanalyse van de salariskosten is opgenomen in bijlage 1. 240
· Voordeel kapitaallasten: in bijlage 2 is een totaalanalyse van de kapitaallasten opgenomen. 62
· Doordat er minder projecten lopen hoefde er minder planschade uitbetaald te worden en zijn ook de kosten voor stedenbouwkundig en juridisch advies lager uitgevallen. 33
· Voor een aantal specifieke projecten zoals de omgevingswet is ingehuurd. Het budget was geraamd bij personele middelen waardoor daar een voordeel is (zie hiervoor) en bij inhuurkosten een nadeel. -37
· Bij de voortgangsrapportage is al gemeld dat er meer advisering van OVIJ voor asbestmeldingen ingehuurd moest worden vanwege de autonoom grotere vraag daarnaar. Het betreft de uitvoering van wettelijke taken. -51
· Voor lagere lasten bouwgrondexploitatie wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid. Dit wordt verrekend met de reserve bouwgrondexploitatie waardoor dit geen effect heeft op het saldo van de jaarrekening. 130
· Een foutieve boeking in de doorbelasting aan Tribuut in 2018 is in 2019 gecorrigeerd en leidt tot een voordeel. Daar tegenover staan lagere baten uit doorbelasting aan Tribuut in 2019. 32
Baten:
· De inkomsten uit betaalde postzegelplannen zijn afhankelijk van initiatieven van particulieren/derden. Afgelopen jaar zijn er relatief weinig nieuwe (kansrijke) initiatieven ontvangen en zijn ook lopende plannen niet verder in procedure gebracht. Waarschijnlijk is de stikstof problematiek hier debet aan. -26
· Bij de raming van de bouwleges is uitgegaan van een aantal grote projecten. De volgende grote projecten zijn (nog) niet aangevraagd, zodat de opbrengst achter blijft bij de raming: De Boskamp, het voormalige postkantoor in Epe, de bibliotheek Vaassen en VMI. -372
· Op een aantal plannen van de bouwgrondexploitatie konden tussentijds of bij afsluiting winsten worden verantwoord; deze zijn conform het beleid toegevoegd aan de reserve bouwgrondexploitatie en hebben daardoor geen effect op het saldo van de jaarrekening. 79
· Er zijn meer gemeentelijke percelen verkocht dan geraamd, waardoor een hogere opbrengst is gerealiseerd. 30
· Een foutieve boeking in de doorbelasting aan Tribuut in 2018 is in 2019 is gecorrigeerd en leidt tot een nadeel in de doorbelasting aan Tribuut over 2019. Hier tegenover staan ook lagere lasten. -32
· Aan Axent Groen zijn over 2017 lasten voor het gebruik van gemeentelijke panden dubbel gefactureerd. Dit is in 2019 ontdekt en hersteld. Verder zijn de kosten voor de beveiliging vervallen en niet langer aan Axent Groen doorbelast. -25

6 | Epe op orde

Terug naar navigatie - Analyse

 

 

Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 6.857 6.831 5.596
Baten 1.167 1.166 1.117
Saldo -5.690 -5.665 -4.479
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· De directe personele kosten van de afdelingen Ruimte en Samenleving toegerekend aan de programma’s. Ten opzichte van de begroting is er een voordeel ontstaan. Het grootste onderdeel hiervan zijn de salariskosten. Een totaalanalyse van de salariskosten is opgenomen in bijlage 1 93
· Voordeel kapitaallasten: in bijlage 2 is een totaalanalyse van de kapitaallasten opgenomen. 498
· Tijdens het stabiliseren van een tweetal woningen is beton in de uitlegger en het vrijvervalriool terecht gekomen waardoor de doorstroming werd belemmerd. De verantwoordelijk aannemer heeft in eerst instantie geprobeerd dit op te lossen maar uiteindelijk heeft de gemeente de hele rioolstreng moeten vervangen. Dat heeft € 50.000 gekost. Omdat het betreffende stuk riool al meer dan 40 jaar oud was heeft de verzekeraar van de aannemer niet de volledige kosten van deze vervanging vergoed, maar de helft. -50
· De kosten van het groot onderhoud van wegen worden in de begroting opgenomen voor een gemiddeld bedrag van de kosten over twintig jaar. Het werkelijke onderhoud wordt uitgevoerd op basis van inspectie van de wegen. Hierdoor zijn in sommige jaren de werkelijke kosten van het groot onderhoud lager dan het gemiddelde, in andere jaren hoger dan het gemiddelde. De afwijkingen van het gemiddelde bedrag wordt verrekend met de reserve groot onderhoud wegen. Hierdoor ontstaat een gelijk blijvende last voor het onderhoud door de jaren heen. In 2019 zijn minder onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd dan gemiddeld. Dat komt doordat bijvoorbeeld het onderhoud aan de Vemderweg naar 2020 is doorgeschoven omdat de waterleidingmaatschappij haar werkzaamheden niet tijdig had afgerond. Ook voor het project Hoge Weerd wordt het merendeel van het straatwerk in 2020 verwacht. Omdat dit voordeel verrekend wordt met de reserve groot onderhoud wegen heeft dit per saldo geen effect op het resultaat van de jaarrekening. 754
· De winterseizoenen in het begin en einde van 2019 zijn minder streng geweest dan een gemiddeld winterseizoen. Hierdoor is minder inzet nodig geweest voor gladheidsbestrijding en is er minder zout gebruikt. 36
· In de voortgangsrapportage 2019 is melding gemaakt dat de afgelopen jaren er meer risicobomen zijn bijgekomen dan aangenomen tijdens de aanbesteding van het onderhoud openbare ruimte in 2014 (oorzaken: klimaatverandering en professionalisering databeheer). Daarnaast heeft het afgelopen jaar de eikenprocessierups veel meer overlast veroorzaakt dan voorgaande jaren. De Essentaksterfte waarmee in de begroting rekening was gehouden is daarentegen niet tot nauwelijks opgetreden. Per saldo betekent dit een extra kostenpost om onveilige situaties (gezondheid, dood hout etc.) te voorkomen. -80
Baten:
· Na een hoog aanbod van stormhout (storm 2018) is er een ongekend hoog houtaanbod gekomen door bossterfte vooral ten gevolge van de droge zomer van 2018. Deze sterfte heeft er in Duitsland toe geleidt, dat er naar schatting 200.000 ha. bos is afgestorven (200 mln. m3). De jaarlijkse houtoogst in Nederland is normaliter 1 mln. m3. Dit heeft er voor de gemeente Epe toe geleid dat geen hout meer tegen redelijke prijzen kon worden verkocht in 2019 en de inkomst lager uitvielen dan begroot. -47

7 | Duurzaamheid

Terug naar navigatie - Analyse

 

 

Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 6.630 6.432 6.650
Baten 6.481 6.481 6.275
Saldo -149 49 -375
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· De directe personele kosten van de afdelingen Ruimte en Samenleving toegerekend aan de programma’s. Ten opzichte van de begroting is er een voordeel ontstaan. Het grootste onderdeel hiervan zijn de salariskosten. Een totaalanalyse van de salariskosten is opgenomen in bijlage 1 88
· Voordeel kapitaallasten: in bijlage 2 is een totaalanalyse van de kapitaallasten opgenomen. 72
· Als gevolg van het raadsbesluit van februari 2019 is er een participatietraject uitgevoerd ten behoeve van het nieuw op te stellen grondstoffenplan. Dit leidt tot een nadeel in de jaarrekening. -68
· De begroting 2019 voor de inzameling en verwerking van grondstoffen (de DVO) is gebaseerd op de definitieve DVO 2018 met een index van 2,5%. De definitieve DVO 2019 en de werkelijke kosten van inzameling en verwerking liggen hoger dan deze begroting. Met ingang van 2019 zijn de inzamelkosten herijkt. De verwerkingskosten bleken hoger dan in de gemeentelijke begroting aangenomen. Hier staat tegenover dat de doorbetaling van PMD vergoedingen lager zijn uitgevallen door behaalde inzamelresultaten gecombineerd met de zuiverheidsgraad, de mate van vervuiling met restafval van het ingezamelde PMD. In totaal leidt dit tot een nadeel op dit programma. Omdat dit nadeel gedeeltelijk wordt opgevangen binnen de reserve afvalstoffenheffing heeft dit maar voor een deel invloed op het saldo van de jaarrkening. -188
· Als gevolg van lagere kapitaallasten van in 2019 verwachte investeringen in de riolering heeft een toevoeging plaatsgevonden aan de voorziening riolering. Dit leidt tot een nadeel in de lasten op dit programma. -93
· Niet alle in de begroting 2019 opgenomen middelen voor de energietransitie zijn besteed. Dit leidt tot een voordeel op dit programma. De middelen blijven overigens beschikbaar voor toekomstige jaren doordat deze opgenomen zijn in een bestemmingsreserve. 34
· Doordat de uitvoering van de ecologietaak (wet natuurbescherming), die door de OVIJ voor de gemeente wordt uitgevoerd, niet in de begroting was opgenomen ontstaat er een nadeel in de jaarrekening. -72
Baten:
· De werkelijke vergoeding voor de inzameling van PMD lag € 100.000 lager dan in de gemeentelijke begroting aangenomen. Verder viel de afrekening van de vergoeding voor PMD over het afgelopen jaar tegen. Dit leidt tot een nadeel op dit programma. Omdat dit nadeel gedeeltelijk wordt opgevangen binnen de reserve afvalstoffenheffing heeft dit maar voor een deel invloed op het saldo van de jaarrkening. -152
· Als gevolg van lagere kapitaallasten van in 2019 verwachte investeringen in de riolering heeft er geen onttrekking plaats gevonden aan de voorziening riolering. Dit leidt tot een voordeel in de baten op dit programma. -109
· Er konden meer objecten in de rioolheffing worden aangeslagen dan geraamd, waardoor de opbrengst hoger is. Door de verrekening van dit voordeel met de heffing heeft dit geen effect op het saldo van de jaarrekening. 36

8 | Toezicht en Handhaving

Terug naar navigatie - Analyse
Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 1.232 1.277 1.406
Baten 106 106 73
Saldo -1.126 -1.171 -1.333
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· De directe personele kosten van de afdelingen Ruimte en Samenleving toegerekend aan de programma’s. Ten opzichte van de begroting is er een nadeel ontstaan. Het grootste onderdeel hiervan zijn de salariskosten. Een totaalanalyse van de salariskosten is opgenomen in bijlage 1 -50
· De kosten van de dienstauto's zijn op dit programma geboekt en leiden hier tot een nadeel. Deze worden gedekt uit de overheadkosten. -25
· De Eerste Kamer heeft niet ingestemd met het wettelijk verbod van asbestdaken per 31 december 2024. Daardoor ontstaat een voordeel als gevolg van niet bestede middelen. 47
· Voor het project Vitale Vakantieparken zijn personeelskosten gemaakt die in dit programma voor een nadeel zorgen. Deze personeelskosten worden gedekt door het budget opgenomen in programma 5. -110
Baten:
· Er is een lager aantal dwangsommen opgelegd dan in voorgaande jaren. Dit leidt tot een nadeel op dit programma. Bij de algemene dekkingsmiddelen leidt dit tot een voordeel vanwege een minder groot risico op oninbare posten. -45

9 | Bedrijvigheid

Terug naar navigatie - Analyse

 

 

Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 663 778 812
Baten 8 8 88
Saldo -655 -770 -724
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· De directe personele kosten van de afdelingen Ruimte en Samenleving toegerekend aan de programma’s. Ten opzichte van de begroting is er een nadeel ontstaan. Het grootste onderdeel hiervan zijn de salariskosten. Een totaalanalyse van de salariskosten is opgenomen in bijlage 1. -19
· Voordeel kapitaallasten: in bijlage 2 is een totaalanalyse van de kapitaallasten opgenomen. 17
· Er is een nadeel als gevolg van het voorfinancieren van het project Kweekweg energieneutraal. Dit bedrag wordt uit subsidie bekostigd. Zie ook de batenzijde. -46
Baten:
· Er zijn meerdere (niet begrote) subsidies ontvangen waaruit de projecten voortkomend uit de Economische Visie worden bekostigd. Zie ook de lastenzijde. 50
· Bij de netbeheerders is een vergoeding voor vermindering van de levensduur van verharde wegen in rekening gebracht. Dit heeft te maken met graafwerkzaamheden voor de aanleg van een glasvezelnetwerk. Van te voren is niet bekend hoeveel er wordt aangelegd. 19

10 | Weer aan het werk

Terug naar navigatie - Financiële jaarrekening

 

 

Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 15.833 15.618 14.991
Baten 7.236 7.235 6.780
Saldo -8.597 -8.383 -8.211
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· Door het aantrekken van de economie en extra inzet op dienstverlening om mensen met een uitkering naar werk te begeleiden is het aantal mensen met een uitkering lager dan verwacht. Door deze daling zijn de kosten van de uitkeringen verlaagd en ontstaat er een voordeel op de lasten. Daartegenover is de rijksbijdrage BUIG naar beneden bijgesteld. Per saldo ontstaat een voordeel. Het resultaat wordt verrekend met de reserve Buig en heeft geen invloed op het saldo van de jaarrekening. 650
· In de prestatieafspraken met Lucrato is opgenomen dat het deel binnen het Participatiebudget dat bedoeld is voor Wsw-oud volledig overgaat van de gemeenten Epe, Apeldoorn en Heerde naar Lucrato. Bij de begroting 2019 is de raming gebaseerd op de meicirculaire 2018. Het Wsw-budget is in de meicirculaire 2019 naar boven bijgesteld waardoor het verschil is ontstaan. Deze bijstelling heeft geen invloed op het saldo van de jaarrekening. -187
· Conform de uitgangspunten vastgesteld in de kadernota Participatiewet is vanaf 2015 het reintegratiedeel van het participatiebudget met name ingezet voor de kansrijke klanten via zoveel mogelijk groepsgerichte aanpak. Er is in 2019 minder uitgegeven dan begroot. Het financiële voordeel wordt gestort in de reserve participatie. 276
· De directe personele kosten van de afdelingen Ruimte en Samenleving toegerekend aan de programma’s. Ten opzichte van de begroting is er een nadeel ontstaan. Het grootste onderdeel hiervan zijn de salariskosten. Een totaalanalyse van de salariskosten is opgenomen in bijlage 1. -19
Baten:
· Het definitieve budget 2019 BUIG (= rijksbijdrage) is € 537.000 lager dan dat bekend was bij het opstellen van de begroting 2019. In 2019 zijn meer mensen uitgestroomd naar een betaalde baan. Hierdoor zijn meer uitkeringen afgelost dan begroot (€ 58.000 ). Tegenover de lager uitvallende baten staan ook lagere lasten. Beiden worden verrekend met de reserve BUIG en hebben geen invloed op het saldo van de jaarrekening. -479

11 | Bestuur en organisatie

Terug naar navigatie - Analyse

 

 

Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 3.010 3.139 3.968
Baten 404 404 429
Saldo -2.606 -2.735 -3.539
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· De directe personele kosten van de afdelingen Ruimte en Samenleving toegerekend aan de programma’s. Ten opzichte van de begroting is er een voordeel ontstaan. Het grootste onderdeel hiervan zijn de salariskosten. Een totaalanalyse van de salariskosten is opgenomen in bijlage 1. 47
· Als gevolg van een verlaging van de voorgeschreven rekenrente voor de berekening van de noodzakelijke hoogte van de voorziening voor pensioenen van politieke ambtsdragers, is een aanvullende toevoeging aan de voorziening in 2019 noodzakelijk. -812
· In de begroting is een stelpost voor onvoorziene uitgaven opgenomen ter grootte van € 88.000. Deze is niet gericht ingezet en vormt daardoor een voordeel in het geheel van mee- en tegenvallers in de jaarrekening 2019. 88
· Als gevolg van de burgermeesterswisseling zijn er extra kosten gemaakt. Hiervan is melding gemaakt bij de voortgangsrapportge. -50
· Het aantal afgiften van paspoorten en id-kaarten bleek in 2019 groter dan waar in de begroting rekening mee was gehouden. Daardoor zijn de afdrachten aan het Rijk hoger. Zie ook bij de baten. -39
· Voor de aangifte in 2019 van de vennootschapsbelasting is een extern deskundige ingehuurd. Hiervan is melding gemaakt bij de voortgangsrapportage. -70
· De uitgaven voor herstel van schades die niet onder de verzekeringsdekking vallen of onverzekerbaar zijn (waarvoor op dit programma een stelpost is opgenomen), zijn elders verantwoord (met name op programma 1, onderwijsgebouwen). Per saldo is een voordeel ontstaan van circa € 18.000. 28
Baten:
· Het aantal afgiften van paspoorten en id-kaarten bleek in 2019 groter dan waar in de begroting rekening mee was gehouden. Daardoor zijn de inkomsten hoger. Zie ook bij de lasten. 70
· Het aantal verstrekkingen uit de gemeentelijke basisadministratie bleven achter bij het begrote aantal. Daardoor is de legesopbrengs lager. -26

Algemene dekkingsmiddelen

Terug naar navigatie - Analyse
Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 378 413 601
Baten 57.051 57.397 58.591
Saldo 56.673 56.984 57.990
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· Het resultaat op de rentelasten is een saldo van lagere externe rentelasten en hogere interne rentelasten. De interne rentelasten worden als bespaarde rente toegevoegd aan het totaal van de reserves en voorzieningen; in bijlage 2 is een totaalanalyse van de kapitaallasten (rente en afschrijving) opgenomen. -240
· De noodzakelijke toevoeging aan de voorziening voor het risico van oninbare vorderingen is in 2019 lager dan begroot, doordat het aantal dwangsommen dat in 2019 is opgelegd lager is dan in de afgelopen jaren. Daarnaast zijn voordelen ontstaan bij de afwikkeling/ontvangst van enkele dwangsommen. Per saldo leidt dit er toe dat een lager bedrag als risicovol wordt aangemerkt. 69
Baten:
· De dividenduitkering van de Bank Nederlandsche Gemeenten (BNG) is over 2019 hoger dan werd voorzien in de begroting, doordat de winsten over 2018, waarvan de dividenduitkering afhankelijk is, hoger waren. Daarnaast is er in 2019 een teruggaaf van de dividendsbelasting over de jaren 2016 tot en met 2018 ontvangen. 120
· De septembercirculaire 2018 tot en met de decembercirculaire 2019 en mutaties in de maatstaven leveren een (bruto) voordeel op. In de circulaires zijn middelen beschikbaar gesteld voor klimaat, rijksvaccinaties, sociaal domein en asielzoekers. Op programma 3, programma 10 en programma resultaatbestemming zijn de uitgaven verantwoord. In 2019 zijn met name voor het sociaal domein extra middelen ontvangen ( 1,785 milj). Deze middelen worden verrekend met de reserve sociaal domein en hebben geen invloed op het saldo van de jaarrekening. Er wordt € 160.000 onttrokken aan de reserve onderuitputting ter dekking van de afrekening van het accres van 2018. Per saldo komt een nadeel van ca. € 400.000 ten laste van het saldo van de jaarrekening. De effecten van de septembercirculaire 2018 en de meicirculaire 2019 waren gemeld in de voortgangsrapportages. 1.162
· De opbrengst OZB valt lager uit. Dit komt voornamelijk doordat bij de tariefsberekening een fout is gemaakt. Er zijn toen ruim 300 objecten dubbel geteld. Daardoor is uitgegaan van een te hoge grondslag, wat heeft geleid tot een te laag tarief. -120
· Er is in 2019 over eerdere jaren meer opbrengst toeristenbelasting ontvangen dan verwacht. 69
· Het aantal meters kabels en leidingen in gemeentegrond is opnieuw bepaald. Dit aantal valt lager uit dan in voorgaande jaren en leidt tot een lagere opbrengst precariobelasting. Het lagere aantal meters komt doordat er beter inzicht is gekomen in de percelen grond waarover de belasting geheven kan worden. Dit nadeel werkt ook door in de jaren 2020 en 2021. -297
· De bespaarde rente over de eigen financieringsmiddelen valt hoger uit dan waarmee in de begroting rekening was gehouden, omdat het totaal aan eigen financieringsmiddelen hoger was dan de raming. De bespaarde rente wordt toegevoegd aan de reserves, waardoor dit voordeel geen invloed heeft op het saldo van de jaarrekening. 230

Overhead

Terug naar navigatie - Analyse
Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 9.689 10.100 9.380
Baten - - -
Saldo -9.689 -10.100 -9.380
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· Het budget voor juridische advisering is overschreden als gevolg van een voorschot dat moest worden betaald voor het (door de rechtbank) inhuren van een deskundige in een schadestaatprocedure. Deze overschrijding is gemeld in de tweede voortgangsrapportage. -90
· De lasten van het generatiepact zijn geraamd op dit programma. Alleen de werkelijke uitgaven lopen via de reserve generatiepact. De lasten hiervan zijn verantwoord op programma Resultaatbestemming. 89
· Vertraging van een aantal ict-projecten heeft een voordeel tot gevolg. Het voordeel wordt verrekend met de reserve ict, waardoor dit geen invloed heeft op het saldo van de jaarrekening. 107
· In 2019 waren middelen geraamd voor asbestverwijdering in het gemeentehuis De sanering zal plaatsvinden bij de uitvoering van het masterplan. Dekking vindt plaats vanuit de reserve eenmalige dekkingsmiddelen, waardoor dit geen invloed heeft op het saldo van de jaarrekening. 170
· De directe personele kosten van de afdelingen Ruimte en Samenleving toegerekend aan de programma’s. Ten opzichte van de begroting is er een nadeel ontstaan. Het grootste onderdeel hiervan zijn de salariskosten. Een totaalanalyse van de salariskosten is opgenomen in bijlage 1. -230
· voordeel kapitaallasten: in bijlage 2 is een totaalanalyse van de kapitaallasten opgenomen. 694

Verplichte indicatoren

Terug naar navigatie - Verplichte indicatoren

Verplichte indicator vanuit de regelgeving bij dit programma.

Overheadkosten
De overheadkosten zoals begroot/verantwoord op taakveld 0.4 gedeeld door het totaal saldo van lasten (exclusief toevoegingen aan reserve).

Jaarrekening 2018 Begroting 2019 Begroot 2020 Rekening 2019
11,7% 12,5% 12,2% 12,3%

Resultaatbestemming

Terug naar navigatie - Analyse
Bedragen * € 1.000
Begroting 2019 Begroting 2019 na wijziging Rekening 2019
Lasten 12.634 17.900 19.121
Baten 13.136 17.941 16.705
Saldo 502 41 -2.416

Onder de 'mutaties in de reserves' wordt weergegeven welke toevoegingen en onttrekkingen aan reserves zijn gedaan in de jaarrekening. Het betreffen toevoegingen en onttrekkingen die zijn opgenomen in de begroting of het gevolg zijn van bestaand beleid. In onderstaande analyse worden de grotere afwijkingen (> € 50.000) tussen de begrote en werkelijke toevoegingen en onttrekkingen vermeld. Met het vaststellen van de jaarstukken gaat de gemeenteraad akkoord met de afwijkingen in de toevoegingen en onttrekkingen.

Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten (toevoegingen aan reserves):
· De toevoeging aan de reserve 'bespaarde rente' is hoger dan geraamd doordat de toevoeging gebaseerd is op de verwachte beginstand van de reserves en voorzieningen. De beginstand van de reserves en voorzieningen was hoger dan waarvan bij het opstellen van de begroting was uitgegaan, waardoor ook de toevoeging hoger is. Het 'renteresultaat' is toegelicht in de analyse van de kapitaallasten (bijlage 2). -133
· Omdat in de exploitatie 2019 zowel de incidentele als de structurele uitgaven met betrekking tot ICT lager waren dan geraamd (onder andere door vertraging van projecten), is het voordeel dat hierdoor ontstaat toegevoegd aan de reserve ICT-investeringen, om zodoende toekomstige investeringen en uitgaven op dit gebied te kunnen bekostigen. -109
· De kosten van het groot onderhoud van wegen worden in de begroting opgenomen voor een gemiddeld bedrag van de kosten over twintig jaar. Het werkelijke onderhoud wordt uitgevoerd op basis van inspectie van de wegen. Hierdoor wijkt de hoogte van de werkelijke kosten van het groot onderhoud door de jaren heen af van het gemiddelde. De afwijking van het gemiddelde bedrag wordt verrekend met de reserve groot onderhoud wegen. Doordat in 2019 minder onderhoudswerkzaamheden aan de wegen zijn uitgevoerd dan gemiddeld, wordt het verschil aan de reserve toegevoegd (zie programma 6). -747
· Omdat de opbrengst van de bouwleges lager is dan de begroting, is ook de toevoeging aan de reserve lager. Geraamd was een toevoeging aan de reserve van € 336.000, door de lagere opbrengst is € 303.000 minder toegevoegd; per saldo heeft dit geen invloed op het saldo van de jaarrekening (zie programma 5). 303
· Om de uitgaven voor het generatiepact goed te kunnen monitoren zijn de bij de begroting beschikbaar gestelde middelen hiervoor in een afzondelijke reserve gestort. Omdat de dekking komt uit de reserve eenmalige dekkingsmiddelen, heeft dit geen effect op het saldo van de jaarrekening. -203
· Door het later dan gepland starten van projecten en door langere en cyclische doorlooptijden, worden (in de begroting 2019) eenmalig beschikbare middelen later dan begroot toegevoegd aan de reserve kapitaallasten. Voorbeelden hiervan zijn de renovatie van het gemeentehuis (masterplan) en vervanging van de openbare verlichting. 740
· Het aantal mensen met een uitkering is lager dan verwacht, waardoor de uitgaven van de uitkeringen lager zijn. Hierdoor is een voordeel ontstaan. Daartegenover is de rijksbijdrage BUIG naar beneden bijgesteld. Per saldo ontstaat een voordeel. Het resultaat wordt verrekend met de reserve BUIG, waardoor er geen effect is op het resultaat van de jaarrekening (zie programma 10). -99
· Op een aantal plannen van de bouwgrondexploitatie konden winsten worden verantwoord; deze zijn conform het beleid toegevoegd aan de reserve bouwgrondexploitatie, waardoor dit geen invloed heeft op het saldo van de jaarrekening. Winsten worden niet op voorhand in de begroting geraamd, maar er is al wel rekening mee gehouden bij de bepaling van de noodzakelijke hoogte van de reserve bij de begroting 2020 (zie programma 5). -255
· Een bedrag ter grootte van € 400.000 ten behoeve van de herinrichting centrum Vaassen, is toegevoegd aan de reserve kapitaallasten voor de dekking van de kapitaallasten van de investeringsuitgaven. Omdat hier een onttrekking aan de reserve eenmalige dekkingsmiddelen tegenover staat, heeft dit geen effect op het saldo van de jaarrekening. -400
· Aan de reserve risico's sociaal domein is het voordelige resultaat op het sociaal domein toegevoegd. Dit resultaat is mede ontstaan doordat een positief afwikkelingsverschil is gerealiseerd op af te rekenen bedragen over 2018 (jeugdzorg/Wmo). Daarnaast is een positief resultaat ontstaan op de afrekening/herverdeling van de kosten van Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen. Zie voor een nadere toelichting hierop met name de analyses in programma 1 en 3. -2.142
· Conform de uitgangspunten vastgesteld in de kadernota Participatiewet is vanaf 2015 het reintegratiedeel van het participatiebudget met name ingezet voor de kansrijke klanten via zoveel mogelijk groepsgerichte aanpak. In 2019 waren de uitgaven lager dan begroot. Het voordeel is toegevoegd aan de reserve participatie, waardoor dit geen invloed heeft op het saldo van de jaarrekening (zie programma 10). -301
· In de begroting 2019 is er rekening mee gehouden dat de opbrengst precariobelasting kabels en leidingen 2019 voor een belangrijk deel (€ 2,2 mln.) niet met zekerheid als gerealiseerd kan worden beschouwd. Daarom is een toevoeging aan de reserve precariobelasting begroot. Inmiddels is duidelijk dat de heffing over 2019 definitief is gerealiseerd (er is geen bezwaar ingediend); daardoor vindt geen toevoeging aan de reserve plaats. 2.252
· Binnen de budgetten voor personeelskosten zijn incidentele bedragen/budgetten gereserveerd, die niet zijn uitgegeven in 2019. Deze budgetten worden overgeheveld naar 2020 door deze toe te voegen aan de reserve organisatieontwikkeling/ langdurig zieken. -212
· Omdat de beginstand van de reserves en voorzieningen hoger was dan waarmee in de begroting rekening is gehouden, is ook de werkelijke waardecorrectie over de beginstand hoger. Het voordeel is onderdeel van het 'renteresultaat' (zie algemene dekkingsmiddelen en bijlage 2). -99
Baten (onttrekkingen aan reserves):
· In de primaire begroting 2019 is een onttrekking aan de reserve risico's sociaal domein begroot van het verwachte negatieve resultaat op het sociaal domein. Omdat het resultaat op het sociaal domein over 2019 voordelig is, vindt de begrote onttrekking aan de reserve niet plaats. Zie onder de lasten: hier is een toevoeging aan de reserve opgenomen. -138
· Omdat de uitgaven/investeringen die uit de reserve ICT worden gedekt, lager waren dan geraamd (onder andere door het nog niet afronden van projecten), is ook de dekking (onttrekking) uit de reserve ICT-investeringen lager. -404
· Omdat de vervanging van de openbare verlichting cyclisch plaats vindt, fluctueren de jaarlijkse lasten hiervan. Doordat de uitgaven in 2019 aanzienlijk lager waren dan het gemiddelde, is ook de dekking uit de reserve lager. -506
· Door het later dan gepland uitvoeren van de renovatie van het gemeentehuis (masterplan), zal de onttrekking van de middelen voor asbestsanering aan de reserve eenmalige dekkingsmiddelen later plaats vinden. Per saldo heeft dit geen effect op het resultaat van de jaarrekening. -170
· De eenmalige middelen die in de begroting voor drie jaar beschikbaar zijn gesteld voor het generatiepact, zijn in één keer onttrokken aan de reserve eenmalige middelen en toegevoegd aan de reserve generatiepact. Het betreft een overheveling die niet van invloed is op het resultaat van de jaarrekening. 114
· Het saldo van de voor- en nadelen op het gebied van afvalinzameling en -verwerking wordt verrekend met de reserve afval. Omdat de werkelijke kosten van inzameling en verwerking in 2019 hoger waren dan de begroting en de doorbetaling van PMD vergoedingen lager zijn uitgevallen, is een nadeel gerealiseerd. Het nadeel wordt voor een groot deel opgevangen door een (hoger dan begrote) onttrekking aan de reserve afval. Omdat de reserve niet het gehele nadeel kan opvangen, heeft dit voor een deel een (nadelig) effect op het saldo van de jaarrekening. 272
· Op basis van de decembercirculaire 2018 van de algemene uitkering uit het gemeentefonds, de najaarsnota van het Rijk en de CPB-ramingen werd rekening gehouden met een onderuitputting op de rijksbegroting 2018 . Het effect hiervan op de uitkering uit het gemeentefonds ("samen trap op / trap af") werd voor Epe ingeschat op € 160.000. Dit bedrag wordt nu onttrokken aan de reserve ten gunste van 2019, ten behoeve van de verrekening van onderuitputting door het Rijk over 2018 in 2019. 160
· Voor diverse investeringen uit het investeringsplan worden de kapitaallasten gedekt door een onttrekking aan de reserve kapitaallasten. Door het nog niet realiseren of afronden van deze investeringen, zijn nog geen kapitaallasten geboekt en daarom vindt ook nog geen dekking uit de reserve plaats. De kapiaallasten worden conform het financieel beleid voor het eerst geboekt in het jaar na afronding van de investering. Zie ook de analyse van de kapitaallasten (bijlage 2). -396
· Diverse uitgaven op het gebied van personeel en organisatie, waarvoor middelen zijn gereserveerd in de reserve organisatieontwikkeling / langdurige ziekte, worden gedekt door een onttrekking aan deze reserve. Doordat sommige geplande uitgaven zijn uitgesteld of een langere looptijd hebben, is een lager bedrag onttrokken dan begroot. -197

Overzicht van algemene dekkingsmiddelen

Terug naar navigatie - Verplichte indicatoren

Verplichte indicatoren vanuit de regelgeving bij dit programma.

Woonlasten éénpersoonshuishouden
Het gemiddelde totaalbedrag in euro's per jaar dat een éénpersoonshuishouden betaalt aan woonlasten.

2016

2017

2018

2019

610 578 544 602

Woonlasten meerpersoonshuishouden
Het gemiddelde totaalbedrag in euro's per jaar dat een meerpersoonshuishouden betaalt aan woonlasten.

2016

2017

2018

2019

687 662 620 679

WOZ-waarde woningen
De gemiddelde WOZ waarde van woningen in 1.000 euro.

2016

2017

2018

2019

262 262 275 287

 

Terug naar navigatie - Overzicht algemene dekkingsmiddelen
Specificatie algemene dekkingsmiddelen
In de onderstaande tabel treft u het overzicht aan van de algemene dekkingsmiddelen. Deze inkomsten kenmerken zich door hun vrije bestedingsdoel. Voor de analyse van de belangrijkste verschillen wordt verwezen naar de financiële analyse algemene dekkingsmiddelen.
 
 
  Begroot 2019 Begroot 2019 na wijziging Realisatie 2019
- Onroerend zaakbelasting 5.666 5.666 5.542
- Hondenbelasting 71 71 76
- Precariobelasting 2.381 2.381 2.084
- Forensenbelasting 310 310 330
- Toeristenbelasting 718 718 787
- Opbrengst belastingen algemeen 55 - -
- Kosten - 393 - 430 - 449
Subtotaal lokale heffingen 8.753 8.716 8.370
- Algemene uitkering 46.150 46.497 47.658
- Dividend uitkering 129 129 249
- Saldo financieringsfunctie 1.745 1.745 1.742
- Overige algemene dekkingsmiddelen - 105 - 103 - 29
Totale algemene dekkingsmiddelen 56.673 56.984 57.990

Verschillen in optelling ontstaan door afronding.

 

Toelichting:

Lokale heffingen:
Betreft de heffingen waarvan de bestedingen niet wettelijk gebonden zijn. Voor meer informatie over de bruto opbrengsten uit lokale heffingen wordt verwezen naar de paragraaf lokale heffingen. De opbrengst algemeen omvat de teruggevorderde invorderingskosten, alsmede de uitgekeerde woonlastenverlichting. De kosten betreft de aan Tribuut betaalde bijdrage in verband met deze
heffingen.
 
Algemene uitkering:
Het gepresenteerde bedrag voor de algemene uitkering is inclusief het budget Wmo en verrekeningen die betrekking hebben op voorgaande jaren.
 
Dividend:
Dividend wordt ontvangen van de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) en van waterbedrijf Vitens.
 
Saldo financieringsfunctie:
Onder het saldo van de financieringsfunctie wordt verstaan het saldo van (a) de betaalde rente over de aangegane leningen en over de aangetrokken middelen in rekening courant en (b) de ontvangen rente over de uitzettingen.
 
Overige algemene dekkingsmiddelen:
Dit is de toegerekende rente over de eigen financieringsmiddelen en overige niet aan de andere categorieën toe te rekenen algemene dekkingsmiddelen.

Overzicht aanwending post Onvoorzien

Overzicht incidentele lasten en baten

Terug naar navigatie - Overzicht incidentele lasten en baten

 

2019 
Bedragen in € 1.000
Incidentele lasten Incidentele baten
Begroting Begroting
na wijziging
Realisatie Begroting Begroting
na wijziging
Realisatie
1.   Opgroeien in Epe 229 395 347 - - -
2.   Actief in Epe 903 585 585 - - -
3.   Zorg en Opvang 336 521 521 - - -
4.   Leefbaar en veilig 5 56 59 - - -
5.   Ruimte en wonen 655 174 327 - - -
6.   Epe op orde 203 124 86 - - -
7.   Duurzaamheid 240 118 88 - 237 237
8.   Toezicht en handhaving 175 222 111 - - -
9.   Bedrijvigheid 50 44 23 - - -
10. Weer aan het werk 330 169 139 - 36 36
11. Bestuur en Organisatie 254 - 65 - - -
Overhead 695 447 394 - - -
Algemene dekkingsmiddelen 10 - - 2.252 - -
Resultaatbestemming 10.984 13.998 17.928 11.243 16.048 15.527
Totaal 15.069 16.854 20.673 13.495 16.321 15.800

 

Uit het overzicht blijkt dat de in de jaarrekening verantwoorde incidentele lasten hoger zijn dan de incidentele baten. Hieruit wordt geconcludeerd dat de structurele lasten worden gedekt door structurele baten en een deel van de incidentele lasten gedekt wordt uit structurele baten.

 

Toelichting incidentele bedragen in de realisatie > € 50.000:

Programma 1:
In 2019 is € 95.000 voor de verbindende samenwerking met de huisartsen. Daarnaast is incidenteel € 50.000 ingezet voor onderwijs aan nieuwkomers.

Programma 2:
Conform begroting is eenmalig een bedrag van € 300.000 in een reserve gestort voor de renovatie van sportvelden. Daarnaast zijn er kosten gemaakt voor de stimuleringsregeling Jeugd van € 217.525. Ook is een eenmalige subsidie verstrekt aan Sport en Dorpscentrum Vaassen voor € 50.000.

Programma 3:
Om de transformatie WMO, Jeugd en Participatie goede uitvoering te geven, zijn extra incidentele kosten gemaakt van € 167.540 (o.a. Pilot buurtpunten). Aan de was- en strijkservice is in 2019 een bedrag van € 60.000 aan subsidie verstrekt.

Programma 5:
Voor de invoering van de Omgevingswet zijn kosten gemaakt van € € 156.391. Voor het opstellen van de woonzorgagenda is € 115.000 ingezet. 

Programma 8:
Voor het project Vitale vakantieparken is € 110.703 ingezet om het proces uit te kunnen voeren.

Programma 10:
Binnen de begroting is geld beschikbaar gesteld voor projecten binnen de participatiewet. Vanuit deze middelen zijn in 2019 voor € 117.706 ingezet.

Programma 11:
Voor de burgemeesterswisseling is in 2019 een bedrag van € 50.000 uitgegeven. Dit is onder andere ingezet voor het burgerpanel, selectieprocedure en de installatie van de burgemeester.

Overhead:
De wet normalisering rechtspositie (WNRA) is op 1 januari 2020 in werking getreden. Om klaar te zijn voor deze wet, zijn extra eenmalige kosten gemaakt van € 92.800. In 2019 is extra ingezet op inwonersparticipatie actieve communicatie naar de samenleving. Hiervoor is € 58.593 aan lasten gemaakt.

Mutaties in reserves (groter dan € 500.000): 
Naast de in de begroting geplande onttrekkingen en toevoegingen aan reserves heeft in 2019 een toevoeging plaatsgevonden aan de reserve risico’s Sociaal domein (€ 2.147.000 voordelig resultaat), lagere toevoeging aan de reserve dekking kapitaallasten van € 547.000, een lagere toevoeging aan de reserve Precarioheffing en een hogere storting in de reserve groot onderhoud wegen van € 747.000. Binnen de reserve vervanging openbare verlichting is een lagere onttrekking gedaan van € 506.000.
Voor een verdere analyse van de mutaties in de reserves wordt verwezen naar de toelichting die hierover is opgenomen in de financiële analyse van de mutaties in de reserves.

Overzicht van structurele toevoegingen en onttrekkingen aan reserves

Terug naar navigatie - Overzicht van structurele toevoegingen en onttrekkingen aan reserves

Dit overzicht ondersteunt bij de bepaling en de beoordeling van het structurele evenwicht.

2019 
Bedragen in € 1.000
Structurele toevoeging Structurele onttrekking
Begroting Begroting
na wijziging
Realisatie Begroting Begroting
na wijziging
Realisatie
ICT investeringen
431 431 431 410 410 213
Vervanging openbare verlichting 264 264 266 391 391 278
Vervanging bruggen 70 70 70 - - -
Verkoop aandelen Vitens - - - 155 155 155
Aflossing achtergestelde lening Vitens 211 211 211 56 56 56
Verkoop aandelen VNB 35 35 35 138 138 138
Aflossing achtergestelde lening Nuon 57 57 57 57 57 57
Egalisatie winstuitkering Nuon 19 19 19 54 54 54
Overdracht RGV fietspaden 
- - - 45 45 45
Meubilair gymlokalen 21 21 21 12 12 3
Participatie - - - 26 26 26
Buig-middelen 146 146 246 - - -
Precariobelasting - 2.252 - - - -
Starterslening 60 60 51 9 9 9
Egalisatie opbrengst bouwleges 336 336 33 - - -
Dekking kapitaallasten - - - 540 540 144
Totaal 1.650 3.902 1.194 1.893 1.893 1.178

 

Bezoldiging topfunctionarissen

Terug naar navigatie - Publicatie bezoldiging topfunctionarissen

De Wet Normering Topinkomens (WNT) stelt een maximum aan de bezoldiging van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector.
De toegekende bezoldigingen liggen onder de bezoldigingsnorm.

Gegevens 2019 C. Kats D. Kattenberg V.J.S.M. Smit
Functiegegevens: Gemeentesecretaris Griffier Griffier
Aanvang en einde dienstverband 1-1 t/m 31-12 1-6 t/m 31-12 1-1 t/m 10-7
Omvang dienstverband (in fte) 1 0,89 1
Dienstbetrekking ja ja ja
Bezoldiging 2019:
Beloning (belastbare onkostenvergoedingen) 103.674 41.715 38.842
Beloningen betaalbaar op termijn 18.034 7.336 6.963
Subtotaal 121.708 49.051 45.805
Toepasselijk WNT-maximum 194.000 101.104 101.518
Onverschuldigd betaald bedrag n.v.t. n.v.t. n.v.t.
Totale bezoldiging 2019: 121.708 49.051 45.805
Motivering indien overschrijding n.v.t. n.v.t. n.v.t.
Toelichting vordering onverschuldigde betaling n.v.t. n.v.t. n.v.t.
Gegevens 2018
Aanvang en einde dienstverband in 2018 1/1 - 31/12 nvt 1/1 - 31/12
Omvang dienstverband 2018 (in fte) 1 nvt 1
Dienstbetrekking ja nvt ja
Bezoldiging 2018:
Beloning 102.574 - 77.648
Beloningen betaalbaar op termijn 13.159 - 10.375
Subtotaal 115.733 - 88.022
Toepasselijk WNT-maximum 189.000 189.000
Onverschuldigd betaald bedrag n.v.t. - n.v.t.
Totale bezoldiging 2018: 115.733 - 88.022

Gerealiseerde baten en lasten per taakveld

Terug naar navigatie - Overzicht 2019
Programma / taakvelden Baten Lasten Saldo
Programma 1: Opgroeien in Epe 446.612 11.745.077 -11.298.465
4.1 Openbaar basisonderwijs -413 182.596 -183.008
4.2 Onderwijshuisvesting 16.489 1.434.116 -1.417.627
4.3 Onderwijsbeleid en leerling zaken 403.812 1.902.461 -1.498.649
5.7 Openbaar groen en (openlucht) recreatie - 83.519 -83.519
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie 26.722 835.702 -808.979
6.2 Wijkteams - 566.359 -566.359
6.72 Maatwerkdienstverlening 18- - 5.272.321 -5.272.321
6.82 Geëscaleerde zorg 18- - 694.117 -694.117
7.1 Volksgezondheid - 773.885 -773.885
Programma 2: Actief in Epe 611.113 4.049.642 -3.438.529
5.1 Sportbeleid en activering 8.343 540.979 -532.636
5.2 Sportaccommodaties 337.114 1.473.761 -1.136.647
5.3 Cultuur: presentatie, productie, participatie 811 423.388 -422.577
5.4 Musea - 43.925 -43.925
5.6 Media 74.127 580.980 -506.853
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie 190.718 986.610 -795.892
Programma 3: Zorg en opvang 1.179.932 10.726.283 -9.546.351
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie 12.358 1.063.265 -1.050.907
6.2 Wijkteams 3.444 740.177 -736.733
6.3 Inkomensregelingen 13.788 324.913 -311.126
6.4 Begeleide participatie - 811.475 -811.475
6.5 Arbeidsparticipatie 99 - 99
6.6 Maatwerkvoorziening (WMO) 3.970 1.502.336 -1.498.367
6.71 Maatwerkdienstverlening 18+ 373.093 5.610.548 -5.237.455
6.72 Maatwerkdienstverlening 18- - - -
6.81 Geëscaleerde zorg 18+ 766.437 369.635 396.802
7.1 Volksgezondheid 6.744 303.934 -297.190
Programma 4: Leefbaar en veilig - 2.150.616 -2.150.616
1.1 Crisisbeheersing en brandweer - 1.963.680 -1.963.680
1.2 Openbare orde en veiligheid - 125.970 -125.970
7.1 Volksgezondheid - 11.126 -11.126
8.3 Wonen en bouwen - 49.839 -49.839
Programma 5: Ruimte en wonen 2.858.758 3.589.262 -730.504
0.3 Beheer overige gebouwen en gronden 467.784 739.149 -271.365
5.4 Musea 92.718 100.644 -7.926
5.5 Cultureel erfgoed - 39.308 -39.308
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie 63.542 90.751 -27.209
8.1 Ruimtelijke ordening 74.038 866.148 -792.110
8.2 Grondexploitatie (niet-bedrijven terreinen) 1.355.498 1.017.658 337.840
8.3 Wonen en bouwen 805.179 735.605 69.573
Programma 6: Epe op orde 1.116.714 5.596.162 -4.479.448
2.1 Verkeer en vervoer 26.446 2.852.699 -2.826.253
2.2 Parkeren 1.513 21.486 -19.973
2.5 Openbaar vervoer - 679 -679
5.5 Cultureel erfgoed 21.217 44.390 -23.173
5.7 Openbaar groen en (openlucht) recreatie 218.005 1.843.555 -1.625.549
7.5 Begraafplaatsen en crematoria 849.532 833.353 16.179
Programma 7: Duurzaamheid 6.274.556 6.650.239 -375.683
0.64 Belastingen overig 12.940 5.344 7.596
7.2 Riolering 2.666.834 2.328.658 338.176
7.3 Afval 3.582.122 3.390.091 192.031
7.4 Milieubeheer 12.660 926.146 -913.486
Programma 8: Toezicht en handhaving 72.921 1.406.261 -1.333.340
1.2 Openbare orde en veiligheid 61.409 586.646 -525.237
8.1 Ruimtelijke ordening - 110.703 -110.703
8.3 Wonen en bouwen 11.513 708.913 -697.400
Programma 9: Bedrijvigheid 88.085 812.480 -724.395
2.1 Verkeer en vervoer 19.456 10.746 8.710
3.1 Economische ontwikkeling 50.611 196.213 -145.602
3.3 Bedrijvenloket en bedrijfsregelingen 865 108.982 -108.116
3.4 Economische promotie 9.838 289.449 -279.611
5.7 Openbaar groen en (openlucht) recreatie 7.315 207.091 -199.776
Programma 10: Weer aan het werk 6.780.051 14.990.650 -8.210.599
6.3 Inkomensregelingen 6.780.051 9.479.015 -2.698.964
6.4 Begeleide participatie - 4.618.240 -4.618.240
6.5 Arbeidsparticipatie - 386.644 -386.644
6.71 Maatwerkdienstverlening 18+ - 506.751 -506.751
Programma 11: Bestuur en organisatie 429.390 3.968.316 -3.538.927
0.1 Bestuur 350 2.679.401 -2.679.051
0.2 Burgerzaken 429.040 1.061.370 -632.330
0.8 Overige baten en lasten - 227.546 -227.546
Overzicht algemene dekkingsmiddelen 58.590.851 600.631 57.990.219
0.5 Treasury 2.107.940 117.230 1.990.709
0.61 OZB woningen 4.002.298 290.212 3.712.086
0.62 OZB niet-woningen 1.490.266 67.465 1.422.801
0.64 Belastingen overig 2.208.245 29.206 2.179.039
0.7 Algemene en overige uitkeringen 47.658.348 - 47.658.348
0.8 Overige baten en lasten 6.478 57.585 -51.107
3.4 Economische promotie 1.117.276 38.933 1.078.343
Overhead 250.259 9.630.229 -9.379.970
0.4 Overhead 250.259 9.630.229 -9.379.970
Resultaatbestemming 16.704.980 19.121.211 -2.416.232
0.10 Mutaties reserves 16.704.980 19.121.211 -2.416.232
Gerealiseerd resultaat 95.404.220 95.037.059 367.161

Balans per 31 december 2019

Terug naar navigatie - Balans
(bedragen x € 1.000,-)
ACTIVA 31-12-2019 31-12-2018 PASSIVA 31-12-2019 31-12-2018
Vaste activa Vaste passiva
Immateriële vaste activa 166 182 Eigen vermogen 57.376 54.593
- Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en saldo agio/disagio - - - Algemene reserve 4.446 2.943
- Kosten van onderzoek en ontwikkeling - - - Bestemmingsreserves
- Bijdragen aan activa in eigendom van derden 166 182 · Voor egalisatie van tarieven 247 724
· Overige bestemmingsreserves 52.316 49.015
Materiële vaste activa 55.638 53.792 · Gerealiseerd resultaat 367 1.911
- Investeringen met een economisch nut
- gronden uitgegeven in erfpacht - - Voorzieningen 8.387 7.188
- overige investeringen met een economisch nut 30.685 31.511 - Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's 4.516 3.666
- Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding 18.634 19.287 - Onderhoudsegalisatievoorzieningen 2.111 1.961
van de kosten een heffing kan worden geheven. - Door derden beklemde middelen met een specifieke aanwendingsrichting 1.759 1.562
- Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend een maatschappelijk nut 6.319 2.994
Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer - 68
Financiële vaste activa 4.953 4.077 - Obligatieleningen - -
- Kapitaalverstrekkingen aan: - Onderhandse leningen van:
- deelnemingen - - · binnenlandse pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen - -
- gemeenschappelijke regelingen - - · binnenlandse banken en overige financiële instellingen - 68
- overige verbonden partijen - - · binnenlandse bedrijven - -
- Leningen aan: · overige binnenlandse sectoren - -
- woningbouwcorporaties - - · buitenlandse instellingen, fondsen, banken, bedrijven en overige sectoren - -
- deelnemingen - - - Door derden belegde gelden - -
- overige verbonden partijen - -  - Verplichtingen uit hoofde van financial-lease overeenkomsten - -
- Overige langlopende leningen u/g 4.759 3.884
- Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer 194 193
- Bijdragen aan activa in eigendom van derden - -
Totaal vaste activa 60.758 58.051 Totaal vaste passiva 65.763 61.849
Vlottende activa Vlottende passiva
Voorraden 393- 97 Netto vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan één jaar 5.899 6.030
- Grond- en hulpstoffen - - - Kasgeldleningen - -
- Onderhanden werk, waaronder gronden in exploitatie door gemeente 393- 97 - Banksaldi - -
- Gereed product en handelsgoederen - - - Overige schulden 5.624 6.030
- Vooruitbetalingen - - - Uitzetttingen in's Rijks schatkist 275 -
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar 2.595 2.330
- Vorderingen op openbare lichamen 122 125 Overlopende passiva 2.098 3.931
- Verstrekte kasgeldleningen - - - Nog te betalen bedragen 1.706 3.374
- Uitzetttingen in's Rijks schatkist - 413 - Vooruit ontvangen bedragen (overheidslichamen) 373 550
- Rekening-courantverhoudingen met niet financiële instellingen - Vooruit ontvangen bedragen (overig) 20 6
- Overige vorderingen 2.473 1.792
- Overige uitzettingen - -
Liquide middelen 2 659
- Kassaldi 1 3
- Banksaldi 1 656
Overlopende activa 10.799 10.672
Totaal vlottende activa